Het is onvoldoende gekend dat Vlaanderen beschikt over "natuurlijke rijkdommen". Hoewel Vlaanderen nauwelijks of niet beschikt over steenkool, olie of ertsen, toch zitten in onze bodem in voldoende mate wel zeer waardevolle ontginbare oppervlaktedelfstoffen, met name klei, zand, leem, wit-zand en grint.
Het winnen van deze natuurlijke rijkdommen is zeer belangrijk voor ons land dat praktisch volledig aangewezen is op de invoer van allerlei grondstoffen.
Onze eigen natuurlijke rijkdommen dragen dus in grote mate bij tot de welvaart van ons land.
De delfstoffen zand, leem en klei worden gebruikt in een brede waaier van toepassingen.
Met de klei en de leem worden keramische producten gemaakt (bakstenen en dakpannen die zo belangrijk zijn voor een betaalbare woning – een belangrijk element in de rijkdom van onze Vlaamse bevolking met evidente impact op de arbeidsmarkt).
Zand is als toeslagstof nodig in talrijke producten (uiteraard denken we in de eerste plaats aan beton of metselspecie, maar zelfs in auto's, tandpasta, enz. wordt zand gebruikt) maar ook voor de productie van glas of wordt als zodanig gebruikt voor de aanleg van wegen, parkings, enz.
Om het maatschappelijk draagvlak voor ontginningen te versterken, bouwt de ontginningssector haar ontginningsactiviteiten uit volgens principes en normen van milieuzorg, ruimtelijke kwaliteit en duurzame ontwikkeling. Communicatie en overleg met alle betrokken actoren onder meer omwonenden, gemeentebesturen, provinciale en gewestelijke administraties, zijn hierbij het uitgangspunt. Om nog beter te kunnen communiceren en beter onderling informatie en kennis te kunnen uitwisselen hebben de ontginners het initiatief genomen zich te verenigingen.
Reeds enkele jaren bestonden in de provincies Vlaams-Brabant, Oost- en West-Vlaanderen, kleinschaliger initiatieven. Er werd enkele jaren terug per provincie een vzw opgericht, respectievelijk de Beroepsvereniging van de Zandontginners van Vlaams-Brabant (B.Z.V.B. vzw), de Vereniging van Oost-Vlaamse Zandontginners (V.O.V.Z. vzw) en de Beroepsvereniging van West-Vlaamse Ontginners (B.W.O. vzw).
Deze drie vzw's hebben eind 2009 beslist om samen op te gaan in een nieuwe, overkoepelende, beroepsvereniging: de Beroepsvereniging van Vlaamse Ontginners in Vlaams-Brabant, Oost- en West-Vlaanderen (BEVON vzw).
Recent werd beslist om de vereniging open te stellen voor alle ontginners in Vlaanderen.
De naam werd gewijzigd tot simpelweg: Beroepsvereniging van Vlaamse Ontginners vzw.
Deze beroepsvereniging telt een twintigtal leden-bedrijven, actief op het gebied van de ontginning van zand, leem en klei in Vlaanderen.
Zoals gezegd is het doel van de vereniging een uniek aanspreekpunt te vormen voor alle actoren die te maken hebben met ontginningen.
We willen graag een overlegorgaan zijn waar de overheid terecht kan met informatie of voor informatie, alsook voor het mee helpen uitstippelen van haar beleid inzake delfstoffen.
De vzw BEVON is ook lid van het Overlegcomité van de Vlaamse Ontginners (O.V.O. vzw) dat álle ontginners uit gans Vlaanderen overkoepelt.
BEVON vzw staat klaar om door overleg over deze economisch/ecologisch belangrijke materie op open en constructieve wijze te kunnen samenwerken aan de realisatie van een kwalitatief ontginningsbeleid.